1820 30 NOVEMBER 1978
(avond)
vertrouwen zou kunnen worden uitgesproken, terwijl
het vooral de bedoeling van mijn fractie is geweest
aan te geven wat naar onze mening duidelijkheid
is. Anderzijds zijn onze beide fracties niet zo
dicht bij elkaar gekomen dat we de ene motie voor
de andere hebben willen inleveren, hoewel het de
meest ideale situatie zou zijn als de moties zou
den kunnen worden gecombineerd.
Ik zou u willen vragen, mijnheer de voorzit
ter, beide moties in stemming te brengen.
De VOORZITTER: Dat waren we al van plan.
De heer CRUL: Ik geloof dat wij de schorsing
hebben aangevraagd, maar dat weet ik niet zeker
meer.
De VOORZITTER: Ik geloof niet dat we ons er
nu nog in moeten verdiepen wie de schorsing heeft
aangevraagd.
De heer CRUL: Het geeft niets, hoor!
De VOORZITTER: U was het inderdaad.
De heer CRUL: De motie van de V.V.D. hadden
wij al gezien en medeondertekend. Ook toen wij de
motie van het C.D.A. lazen, was onze reactie: hoe
kunnen ze onze gedachten zo lezen! Misschien blijkt
dat echter, nu de laatste schorsing weer zo lang
heeft geduurd, een verkeerde veronderstelling te
zijn geweest. Hoewel het misschien gezien het tijd
stip en de lange duur van de besprekingen wat moei
lijk is, hadden wij eigenlijk willen voorstellen
de beide moties in elkaar te schuiven. Op die ma
nier zal, zeker nu de V.V.D. en het C.D.A. samen
hebben overlegd, een ieder misschien het zijne kun
nen vinden. Ook voor ons zou dat kunnen gelden.
Als de laatste zinsnede van de V.V.D.-motie bij de
C.D.A.-motie kan worden gevoegd, kunnen wij ons in
de tot uiting gebrachte duidelijkheid ik had dat