1849 1 DECEMBER 1978
(middag)
Ook dit jaar worden we weer geconfronteerd met de
financiële vertaling van reeds aangegane en van
morele en door de wet gestelde verplichtingen.
Mijn fractie wil voorstellen de claims die van amb
telijke zijde in het kader van de begroting voor
1980 ten laste van de vrije ruimte op tafel worden
gelegd, niet, zoals dit jaar is gebeurd, door het
college van burgemeester en wethouders, maar door
de gemeenteraad te laten honoreren. De afweging
van belangen wordt op die manier gelegd bij het
bestuurlijk orgaan dat daartoe bij uitstek geroe
pen is, waarmee de politieke duidelijkheid zou wor
den gediend.
Er is ons een subsidienota in het vooruitzicht
gesteld, waarvoor dank. Wij vinden dat regelmatig
de jaarlijkse subsidiëring aan instellingen moet
worden beoordeeld, zowel qua hoogte als qua zin
volheid. Instellingen zijn als de dood om aan het
einde van het boekjaar geld over te houden, omdat
anders het jaar daarop hun subsidies worden ge
kort. Instellingen die hun uitgaven adequaat be
heersen en zuinig omspringen met gemeenschapsgel
den, verdienen naar onze mening prioriteit bij de
subsidiëring van nieuwe projecten.
Tot slot willen wij bepleiten dat vierjaar
lijks de gemeentelijke takken van dienst worden
doorgelicht op doelmatig functioneren. Een derge
lijke doorlichting er is al iets over gezegd --
is onzes inziens nodig omdat het gemeentebestuur
met betrekking tot de levering van bepaalde dien
sten een monopoliepositie inneemt. Zo'n positie,
zonder concurrentie van derden, kan de kwaliteit
van de geleverde diensten nadelig beïnvloeden. Met
onze suggestie beogen wij een zorgvuldig beheer
van gemeenschapsgelden en een verbetering van het
dienstbetoon, zonder dat overigens de arbeidsvreug
de van ambtenaren wordt getemperd.
De VOORZITTER (de heer BROEDERS)Dames en
heren Ik zal proberen de gestelde vragen vrij snel
te beantwoorden, te meer daar er gelegenheid