a
1851 1 DECEMBER 1978
(middag)
heer De Brouwer is dit alles natuurlijk geen
zaak van het college. Het is niet zo dat het colle
ge de claims honoreert. De claims worden aangedra
gen, het totaal-overzicht van de claims wordt aan
de raad gepresenteerd, waarbij het college aan
geeft wat naar de mening van het college de hoog
ste prioriteit geniet, en vervolgens vindt behan
deling in de onderscheidene commissies plaats. In
de commissies bestaat de mogelijkheid om over even
tuele verschuivingen te adviseren en vervolgens
wordt de uiteindelijke beslissing in de raad geno
men. Zo is het proces en wij proberen zelfs de
commissies en de raad al heel snel een beeld van
de ruimte en dergelijke te presenteren. Het blijft
ingewikkeld, want de hele financiële opzet van zo'n
gemeentebegroting is natuurlijk niet zo eenvoudig.
De complementaire voorzieningen in de Haagse
Beemden kunnen mijns inziens het beste bij de por
tefeuille van de heer Van Dun aan de orde komen.
Tot de financiële aspecten behoort dat de comple
mentaire voorzieningen in het algehele financieel
beleid van de gemeente Breda moeten passen. In
zoverre hebben deze voorzieningen ook in de porte
feuille financiën bijzondere aandacht, omdat moet
worden voorkomen dat zij bij wijze van spreken de
pan uit rijzen en niet meer kunnen worden gedekt.
Dat is het raakpunt dat de sector financiën met de
complementaire voorzieningen in de Haagse Beemden
heeft en waarmee het college en de wethouder van
financiën zich bezighouden.
Naar aanleiding van een opmerking van de heer
Peeters over de vermoedelijke uitkomst van de le-
ningsdienst het volgende. Wij moeten met betrek
king tot de leningsdienst allerlei schattingen ma
ken. We kunnen uitgaan van de laatstbekende stand,
maar vervolgens moeten we gaan schatten wat er uit
de totale leningsdienst moet worden afgelost en
wat er aan nieuwe werken bijkomt. Op die manier
komen we dan tot een vermoedelijk resultaat, waar
uit blijkt hoeveel geld er naar schatting nodig
zal zijn. Ook ten aanzien van de rente-ontwikkeling,