1 DECEMBER 1978 1854 (middag) beoordelen. Zo'n beoordeling is een heidense ope ratie. We proberen er periodiek toe te komen en de raad heeft trouwens aan de hand van een bijlage inzicht in de subsidies. Het blijft moeilijk de juiste beoordeling van de subsidies te geven. Ik zeg dat niet om de verantwoordelijkheid te ontlo pen, maar ik denk dat je functioneel en binnen de functionele commissies het best tot een beoorde ling kunt komen. De subsidies op sportgebied kun nen bijvoorbeeld het best een keer in de betrokken commissie door de wethouder, de ambtenaren en de leden worden bekeken. Hetzelfde geldt voor de ande re subsidies. Ik denk dat het pleidooi van de heer De Brou wer voor een vierjaarlijkse doorlichting van de bedrijven op doelmatig beheer op het terrein van mijn collega Welschen ligt, die zich bezighoudt met organisatie en personeel. Eén kanttekening mijnerzijds: de gang van zaken wordt natuurlijk in zoverre gevolgd, dat wij kostenvergelijkingen ten aanzien van de onderscheidene bedrijven maken, ook buiten Breda. Op grond daarvan heb je wel degelijk een indicatie over de juistheid van de ingeslagen koers. Totale doorlichtingen ik heb er enige ervaring mee duren vaak lang en kosten vaak veel geld, terwijl soms nog "fraglich" is wat je met de resultaten moet doen. Ik stel vast dat door lichten niet eenvoudig is, zonder te willen zeggen dat het in bepaalde situaties niet duidelijk van betekenis kan zijn. Er is een vraag gesteld over de onttrekkingen aan het fonds grote werken, een financieel-techni- scheadministratieve kwestie. Als er geld uit het fonds is gegaan, wordt het eraan onttrokken. De heer VAN DE STEENOVEN: Moeten we de beste ding dan bij portefeuille III aan de orde stellen? De VOORZITTER: Als het al niet is gebeurd, maar dat weet ik niet. Het gaat hier om een raming en ten aanzien van besteding zal altijd een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1854