1 DECEMBER 1978 1894 (middag) Spoorbuurt verder in de richting van een woonbuurt te ontwikkelen. De raad heeft echter, op basis van de inspraakprocedure die aan het structuurplan ten grondslag lag, besloten tot gezamenlijke inspannin gen op weg naar een woonbuurt. Dat proces begint nu op gang te komen en het wekt uiteraafd bepaalde verwachtingen. In die zin zullen we verder moeten gaan, totdat eventuele bijstellingen kunnen plaats vinden Dit is de teneur van mijn betoog en ik begrijp niet vooral met het oog op de nuances die ik erin heb aangebracht dat de V.V.D. er kribbig om wordt. De heer TEN WOLDE: Ik ben niet kribbig over de taakstelling die in gezamenlijk overleg is vast gesteld. Uw vertaling van de doelstelling is ove rigens niet in overeenstemming met de afspraken: er is afgesproken te streven naar stopzetting van de sterke verkantoring die in het gebied aan de gang was, maar er is helemaal niet afgesproken dat er per definitie voor 100 een woonbuurt zou moe ten ontstaan. U moet de gemaakte afspraken juist interpreteren. Mijn belangrijkste bezwaar is ove rigens dat u niets over de financiën zegt. De heer HENDRIKSENNu ik daar toch toe word uitgedaagd, zal ik een voorzet voor de financiële onderbouwing geven. Ik bespeur trouwens in de op merkingen van de V.V.D. de volgende teneur: als er geen financiële onderbouwing te vinden zou zijn, moet je in de Spoorbuurt maar andere ontwikkelin gen toelaten. De heer TEN WOLDE: Dat vind ik nu weer zo'n vertaling van "alles of niets". Wij hebben gezamen lijk gekozen voor maximalisering van de woonfunc tie en voor afbouw van de verkantoring op die gro te schaal. Dat is de afspraak die er ligt en waar mijn fractie achter staat. Wij moeten daar gezamen lijk oplossingen voor vinden en ik zeg helemaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1894