1 DECEMBER 1978 1916 (middag) werkgroep die zich bezighoudt met het project. Ik hoop dat we op een normale manier tot over en weer bespreekbare alternatieven kunnen komen. Een korte opmerking over het gebied Leuve naarstraat/Middellaan. Ik heb de raad aangekondigd dat er een preadvies op komst is om te komen tot een invulling van de bouwlokatie ter plaatse. In derdaad moet er een eind komen aan de toch wel tragische situatie in Breda dat dit terrein al zo veel jaren braak ligt. Alles wat ik nu in algemene zin over de stads vernieuwing heb gezegd, houdt ook verband met de problematiek van de volkshuisvesting, waarop me vrouw Muntjewerff is ingegaan. Dat onderwerp heeft zijn vertakkingen in allerlei vragen die ook door anderen zijn gesteld. Zonder het probleem zich kleiner te willen laten voordoen dan het is, vind ik het enigszins overtrokken dat men zich steeds op het rapport van het I.M.W. beroept. We moeten namelijk niet onze hele beleidsvisie aan dat vanuit die kring goed bedoelde rapport ophangen Het is niet het enige signaal. Naar mijn mening moeten we het grote kader als volgt aangeven: in het programakkoord ik zou bijna zeggen: vergeef me dat ik het weer noem) staat bouwen naar be hoefte centraal; die behoefte zal aantoonbaar en "hard" moeten worden gemaakt. Bij de behandeling van de moties zal ik straks vertellen hoe wij dat gaan doen. In dat kader zullen wij een bouwprogram ma in overeenstemming met de behoefte kunnen ont wikkelen Betoogd is dat een absolute prioriteit aan woningwetwoningen moet worden gegeven, waarbij we dan ook de kwestie van de 30 zouden moeten be trekken. Hierop hoop ik bij de behandeling van de door mevrouw Muntjewerff ingediende moties in te gaan De sociografische dienst zou hebben berekend dat er in de binnenstad 57 woningwetbouw nodig is. Nog één keer voor alle duidelijkheid en het is geen kwestie van woordenspel de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1916