1 DECEMBER 1978 1934 (middag) in het grondbedrijf. We beschikken over enkele deeloplossingen die op dit ogenblik worden bespro ken in overleg tussen mijn collega van financiën, mijn collega van jeugd en sport en mijzelf. Voor de centrale bushalte in de binnenstad ko men wij op korte termijn bij de raad met twee al ternatieven: Karnemelkstraat en Oude Vest. Tegen de achtergrond van de in het verleden gevoerde dis cussies en een persoonlijke visie van het college kan de raad dan tot een keuze komen. Ter zake van de Haagse Beemden heeft mevrouw Van Rooij naar de relatie tussen de ruilverkaveling en het bos geïnformeerd. Ik wil daar niet al te veel van zeggen, omdat ik vind dat we in alle rust met de meest betrokkenen de dingen op een rij moe ten zetten; de meest betrokkenen zijn de mensen in het buitengebied. Vooralsnog geven wij aan het wel slagen van onze ruilverkaveling de hoogste priori teit, maar als wij in het kader van de ruilverka veling in overleg met de bewoners en de beheerders van het buitengebied tot het binnen redelijke fi nanciële grenzen stichten van een bos van 70 ha kunnen komen, levert dat toch voor de te verwachten 30.000 Bredanaars in de Haagse Beemden een bijzon der plezierige situatie op. Ik vind echter dat het één het ander niet moet frustreren en vooralsnog geven wij de hoogste prioriteit aan het welslagen van de ruilverkaveling. Een aantal opmerkingen van mevrouw Muntjewerff is naar ik meen in generale zin besproken, vooral gelet op de reactie in twee instanties op de alge mene beschouwingen. Ik wil nog ingaan op de beer putten: telkens weer een fijn onderwerp om over te praten! Vooralsnog houd ik het bij de raadsbeslis- sing die in het kader van de nota onderhoud is ge nomen; wij hebben toen bij twee complexen de kos ten voor rekening van de gemeente genomen, onder aankondiging dat verdere situaties van geval tot geval zouden worden bekeken. Deze uitspraak van de raad is richtsnoer voor het college. Mevrouw Saelman gaat iets "eisen". Over de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1934