1 DECEMBER 1978 1944
(middag)
worden opgenomen dat sinds 1975 het aantal geregis
treerde woningzoekenden niet meer onder de 4.000
heeft gelegen. Daaraan kunnen we dan de cijfers
van mevrouw Paulussen over de inkomenssituatie toe
voegen. Er zijn vele harde gegevens; we kunnen er
zelfs nog aan toevoegen wat de opinie van staats
secretaris Brokx in een onderhoud met een vertegen
woordiging uit Breda was. Vervolgens kunnen we dan
afwachten of er in de Tweede Kamer een fractie be
reid wordt gevonden die zaak voor ons op te pikken.
Wethouder VAN DUN: Ik krijg daar toch moeite
mee. Hoffelijkheidshalve doen wij aan de raad mede
delingen over een niet-afgeronde discussie. Ook de
fracties beraden zich uiteraard over de moties,
maar ik vind dat de beschouwing van de kant van
het college moet worden afgerond. Het spijt mij
eigenlijk een beetje dat wij deze openheid hebben
betracht, omdat dat aanleiding geeft tot allerlei
discussies. Ik vind dat het college, zoals de heer
Eissens zegt, ook zijn eigen broek moet ophouden
-- overigens in al zijn verschijningsvormen! en
dat we het vraagstuk met ons allen rustig moeten
kunnen bekijken. Welnu, als mevrouw Muntjewerff
erop aandringt, kan zij te horen krijgen wat voor
een aantal leden van het college het probleem is.
Ik moet dat nu in de openbaarheid gaan zeggen, maar
ik zal
Wethouder PAULUSSEN: Ja, nou!
Wethouder VAN DUN: Daar heb je het al! Nu
krijg je zo'n merkwaardige discussie. In ieder ge
val: wanneer wie dan ook in de Tweede Kamer op ba
sis van deze motie de wensen van Breda vertolkt,
zal de heer Brokx en misschien bestuurlijk ge
zien niet ten onrechte eraan herinneren dat hij
in Breda heeft gevraagd de gegevens hard te maken,
wat pas over twee jaar mogelijk zal zijn, omdat
men in Breda slechts over het gegeven van 6.000 wo
ningzoekenden en over de resultaten van een