1992 1 DECEMBER 1978
(avond)
grossiers goed werken, maar leveren problemen op
zodra deze hun verplichtingen niet meer nakomen,
want dan zit een slachthuisgebruiker vaak zelf al
in de moeilijkheden. Uiteraard is hierover het
laatste woord nog niet gezegd. Ik denk dat we er
nog wel een keer in de commissie over moeten pra
ten, maar ik geloof niet dat we de investeringen
in het slachthuis alleen moeten ophangen aan de
bereidheid om mee te delen in de exploitatierisi
co's van de investeringen. Als we op die manier
te werk gaan, moeten we daaraan in ieder geval
een goede basis ten grondslag leggen. Zolang die
basis niet is gevonden, is discussie welkom, maar
moeten we de investeringen niet uitstellen. Daar
omtrent zal overigens tussen de heer Van den Wijn
gaard en mij geen verschil van mening bestaan.
Ik denk dat de heer Van den Wijngaard van de
herstructureringsbijdrage van het rijk een ver
keerd beeld heeft; hij spreekt namelijk over in
vesteringen sinds 1970, in twaalf jaar af te
schrijven. De herstructureringsbijdrage van het
rijk is over vier jaar gespreid en wordt in por
ties ingebracht in de exploitatie in de jaren 1978
tot en met 1981. Aldus en dat is ook de doel
stelling van die bijdrage wordt een mitigatie
van de tariefstijgingen in de genoemde jaren be
reikt. Het slachthuis is in een positie gekomen
waarin het een hoger tarief zou moeten gaan opleg
gen; om dat te voorkomen is het herwaarderingsre
servefonds in het leven geroepen.
De heer VAN DEN WIJNGAARD: Ik denk dat de
wethouder zich verspreekt. Hij heeft het over de
herwaarderingsreserve, maar hij zal de herstruc
turering bedoelen.
Wethouder SANDBERG: Inderdaad. De herstruc
tureringsbij dr age van het rijk is juist bedoeld
om in die vier jaar de tarieven te mitigeren. Dit
betekent niet want dat koppelde de heer Van
den Wijngaard eraan vast dat we de investerin
gen vanaf 1970 in twaalf jaar afschrijven.