1994 1 DECEMBER 1978 avond Wethouder SANDBERG: Wat mij betreft wel. Dan gaan we straks door met de runderhal. De VOORZITTER: Dat is een plezierig vooruit zicht. Wij zullen nu voor ongeveer twintig minu ten pauzeren. Ik schors de vergadering. PAUZE De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Wethouder SANDBERG: Voordat we naar de run derhal gaan, gaan we nog even naar Brussel! Ik kan de heer Van den Wijngaard mededelen dat op 13 sep tember 1978 via het ministerie van landbouw en visserij het uitbreidingsproject van het slacht huis voor subsidiëring is aangemeld bij het Euro pees oriëntatie- en garantiefonds. De vraag van de heer Van den Wijngaard over de runderslachting zou ik als volgt willen beant woorden. Voorshands nemen we aan dat de runderhal voldoende capaciteit heeft om een eventueel ver hoogd aanbod dat overigens nog niet wordt ver wacht op te vangen. Zo nodig zullen enige aan passingen tot stand moeten komen, maar dat zien we wel tegen die tijd. Met betrekking tot de stadsverwarming heeft de heer Van den Wijngaard over een projectteam uit het EnWa-bedrijf gesproken. Bij de behandeling van de stadsverwarming in de raad meen ik al te hebben gezegd dat men bij het bedrijf de bedoeling heeft de activiteiten zeker vanaf de aanvangsfase nog projectmatig aan te pakken. Eventueel zal de stads verwarming in een wat later stadium volledig als een gewone "poot" van het energie- en waterbedrijf worden geïntegreerd. Het lijkt mij het beste in commissieverband afspraken te maken over de wijze waarop informatie omtrent de voortgang van het project naar de commissie wordt teruggekoppeld. Of de rapportage eens per maand of eens per twee maanden dan wel volgens welke andere periodiciteit dan ook zal plaatsvinden, kan worden vastgesteld in de huisregeltjes voor de commissie, die in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1994