2016 1 DECEMBER 1978
avond
Over het tekort aan industrieterreinen hoef
t
ik aan het adres van de heer Dreef nauwelijks meer
1
iets te zeggen; ik kom er straks bij de beantwoor
d
ding van opmerkingen van de heer Van Banning nog
even op terug.
s
De W.I.R. laat daarover geen misverstand
ai
ontstaan is van toepassing voor elke gemeente in
h
Brabant. De opmerking van de heer Dreef vindt
s
waarschijnlijk haar oorzaak in het feit dat uit
1
sluitend de groeisteden Breda en Helmond in het
P
kader van de W.IR.-regeling nog een extra ruimte
Ol
lijke-ordeningstoeslag krijgen. De W.I.R. voorziet
t
in een subsidiemogelijkheid van 23% voor bijvoor
n
beeld bedrijfsgebouwen, alsmede in een percentage
z
voor het instrumentarium voor de produktie. De
m
ruimtelijke-ordeningstoeslag, die uitsluitend Bre
da en Helmond krijgen, houdt daarnaast nog eens
O
een subsidie van 15% voor de gebouwen en van 7,5%
t
voor het instrumentarium in. In het totaal van de
B
investering betekent de ruimtelijke-ordeningstoe
m
slag in het kader van de W.I.R. ongeveer een ver
m
hoging van 4,5% extra subsidie.
In 1979 zal inderdaad een studie van de socio
grafische dienst verschijnen waarin de laatste no
m
ta's met betrekking tot werkterreinenraming en
V
dergelijke zullen worden geactualiseerd.
m
Ik geef de heer Dreef toe dat de situatie
H
triest is, maar ik wil nadrukkelijk afstand nemen
d
van zijn opmerking dat zelfs de huidige werkgele
V
genheid in Breda in gevaar zou komen. We moeten de
h
situatie nu ook weer niet erger maken dan zij is!
m
m
P
i!
De heer DREEF: In de BUIk-notitie, een ambte
lijk stuk, wordt duidelijk aangegeven dat in deze
situatie in feite de werkgelegenheid voor onze
d
eigen bevolking mede in gevaar komt.
g
Wethouder SANDBERG: Wanneer je niets gaat
d
doen! Als bedrijven die zich om hen moverende re
denen willen verplaatsen, daartoe niet de mogelijk
g
heid krijgen, wordt er natuurlijk iets ontketend
wat niet gewenst is. Het gaat mij echter vooralsnog