197 16 FEBRUARI 1978. gekomen en in de tweede plaatss z De heer VAN BANNING: Dat is vaag. Wat bedoelt s u daarmee? t n Wethouder VAN GRAAFEILAND: Er waren enige E lopende verplichtingen die in geen enkele begro- t ting voorkwamen en in geen enkele rekening waren c opgenomen; op een gegeven ogenblik zijn die ver plichtingen in de exploitatierekening terecht ge- komen, hetgeen in de loop van de tijd tot exploita- c tietekorten heeft geleid. Een negatief vermogen c ontstaat als je exploitatietekorten hebt die je op de balans negatief moet verantwoorden. Dit is in t feite de hele gang van zaken. Overigens is de slech- n te liquiditeitspositie van dit ogenblik natuurlijk n wèl een gevolg van het aanleggen van de tribune en de verlichting, in verband met de financiering met kort geld, terwijl hier in feite financiering 1 met lang geld geboden is. Het beleid dat op het ogenblik wordt gevoerd, leidt niet tot het toene men van het negatief vermogen; de heer Van Banning heeft dat in één van de bijlagen kunnen zien. Reeds vanaf 1974 wordt de raad bij voortdu- 1 ring en conform de aan N.A.C. opgelegde voorwaar- den geïnformeerd over de stand van zaken. Het col- c lege legt misschien niet altijd even tijdig, maar dat heeft dan óók zijn redenen de stukken conform de gemaakte afspraken ter visie. Misschien 1 is het de heer Van Banning niet opgevallen, maar j we dóen het wel en het gebeurt ieder jaar. We zijn t ook zeker van plan op die wijze door te gaan. Op suggesties voor één Brabantse club zou ik 1 niet willen ingaan, want ik weet precies waar zo'n club terecht gaat komen: in ieder geval niet in i Breda. Bij betaald voetbal zeker zoals het hier in Breda wordt bedreven bestaat er een duidelij ke band tussen de club en zijn supporters. Die band kan alleen maar bestaan als het voetballen c een plaatselijk gebeuren is waarbij een supporters vereniging zich betrokken voelt, terwijl alle

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 197