2086 1 DECEMBER 1978 avond Met betrekking tot het particulier initiatief en de bewoners heb ik de heer Garritsen al geant woord. Wij willen inderdaad voorwaarden scheppen. De heer Hendriksen heeft nog gesproken over het opbouwwerk en de "sociale timmerman". Ik heb begrepen dat het bestuur van de Stichting Buurt en Wijkopbouw indertijd een aanvrage heeft inge diend. Daar is men niet meer op teruggekomen en ik wil graag bij de Stichting informeren hoe ver men nu is gevorderd, opdat we daarover in de commis sie kunnen discussiëren. De heer HENDRIKSENIk denk dat dit punt aan het geheel van de sociaal-culturele planning ge koppeld is en in dat verband vanzelf naar voren zal komen. Dan wordt natuurlijk ook de prioriteit bepaald. Wethouder PAULUSSEN: Ik had begrepen dat C.R.M. zich in het verleden tot subsidiëring be reid heeft verklaard, maar dit punt is inderdaad blijven liggen. Het kan overigens zijn dat ik niet helemaal goed geïnformeerd ben; in dat geval wil ik dit later graag terugnemen. Ik heb gezegd wat ik over de moties denk, maar dat is niet belangrijk; we moeten daar in het college verder over praten. Ik heb er al zó veel over gezegd, dat de heer Koertshuis mij iets in de schoenen heeft geschoven, waar ik trouwens geen bezwaar tegen heb. Aan het begin van mijn beant woording heb ik iets over de "show" gezegd. Dat is niet onvriendelijk bedoeld: ik heb de indruk dat we in deze begrotingsbehandeling ik heb daar zelf met anderen aan meegedaan met elkaar zit ten te praten vanuit verschillende commissies, waarbij dan telkens de overige raadsleden toe schouwers zijn. De ene keer kun je voldoende be langstelling opbrengen om te luisteren, de andere keer word je erg afgeleid; daar heb ik zelf ook aan meegedaan. Ik vind dit geen goede gang van zaken en ik hoop dat we met elkaar een andere vorm kunnen vinden. Overigens werk ik nu verder

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2086