2130 14 DECEMBER 1978 de hoogte? 2) Is Uw college van mening dat het hier een publikatie van beleidsuitgangspunten t.a.v. de groeistadsgedachte, toewijzingsbeleid en woningverkoop betreft? 3) Is het juist dat de in dit artikel gefor muleerde uitgangspunten nog niet door een raadsbesluit worden gedragen? 4) Indien vraag 3 bevestigend wordt beant woord, is Uw college dan met mij van mening dat het voor de raadsleden een onplezierige ervaring is dergelijke gegevens via de dagbladpers te vernemen en dat deze publi katie een toekomstig raadsdebat kan beïn vloeden? 5) Is Uw college met mij van mening dat de leden van de commissies ruimtelijke orde ning en openbare werken op de hoogte zou den moeten zijn van de conceptnota alvo rens deze ter publikatie aan te bieden, dan wel gelijktijdig geïnformeerd hadden moeten worden? 6) Welke maatregelen denkt Uw college te nemen opdat deze gang van zaken niet meer kan p1aatsvinden ANTWOORD: In antwoord op de in Uw bovenaangehaalde brief ge stelde vragen delen wij U het navolgende mede: ad vraag 1 De bedoelde perspublikatie is ons bekend. ad vraag 2 Deze vraag beantwoorden wij deels bevestigend, deels ontkennend. Voor zover de vraag bevestigend wordt beantwoord betreft de publikatie (beleids-)uitgangspunten, die elders reeds zijn vastgelegd: wij verwijzen in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2130