14 DECEMBER 1978 2141 te gaan maken? De Molenstraat behoort nog niet tot dit pakket van werkzaamheden. Hoe is de planning ten aanzien van deze bottle-neck? Niet ontkend kan worden dat ook hier met spoed orde op zaken dient te worden gesteld. Met name de fietsers, maar ook de voetgan gers en dat zijn er vele, vanwege de parkeerter reinen bij het Turfschip en op de Oude Vest ver keren in deze straat in een bijna onmogelijke si tuatie. Het is lofwaardig als er naar een prettig voetgangerdomein wordt gestreefd, maar dit dient naar de mening van onze fractie dan ook prettig bereikbaar te zijn. De heer HENDRIKSEN: Ik maak een paar opmer kingen in het algemeen, zonder op allerlei details in te gaan die uitgebreid in de commissie aan de orde zijn geweest. Met de reconstructie van het merendeel der straten gaat onze fractie akkoord; tegenover de herinrichting van de Veemarktstraat tot voetgangersgebied staan we wat minder positief. In het verleden hebben we reeds bezwaren geopperd tegen een steeds verdergaande uitbreiding van het voetgangersgebied in Breda. Onze filosofie daarover is bekend: straten in een voetgangersgebied worden na zessen erg onherbergzaam en worden door burgers als gevaarlijk en "eng" ervaren. Wij achten het ongewenst dat deze ontwikkeling zich voortzet. Iets anders is dat ons niet helemaal duide lijk voor ogen staat welke resultaten de inspraak ten aanzien van de Veemarktstraat heeft gehad. We hebben bijvoorbeeld vergaderingen over het sociale plan bijgewoond waarin over de herinrichting van de Veemarktstraat nogal uiteenlopende geluiden te horen waren. Het komt ons dan ook nogal onbegrijpe lijk voor als in de voorstellen staat dat bewoners en middenstanders van de Veemarktstraat akkoord gaan, zonder dat nader wordt toegelicht hoe die instemming tot stand is gekomen en of er werkelijk sprake is van instemming. Onze fractie betreurt het dat bij de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2141