2200
14 DECEMBER 1978
aanleiding van de motie wordt gezegd dat we nu voor m
vier jaar van het onderwerp af zijn. Als de motie b
wordt aangenomen gaan we de komende vier jaar aan b
de uitvoering ervan werken en het is mijn voorne-
men in samenwerking met welke commissie dan ook m
op de materie terug te komen. h
z
De VOORZITTER: Er bestaat bij het college na m
het betoog van mevrouw Paulussen geen behoefte aan D
een nadere reactie. Ik meen dat de opvattingen v
die over de motie bestaan, voldoende tot uitdruk
king zijn gekomen en ik nodig u uit tot stemming b
over te gaan. Ik zie dat mevrouw Saelman nog een 9
korte stemverklaring wenst af te leggen. z
v
Mevrouw SAELMAN-BOELENNee, mijnheer de voor- v
zitter, ik zou in tweede instantie nog op enkele
opmerkingen willen reageren.
i
De VOORZITTER: We hebben afgesproken dat we a
deze punten van de agenda in één instantie zouden
behandelen, maar als u uw opmerkingen de vorm van
een korte stemverklaring wilt geven, hebt u de ge- h
legenheid om ze te maken. 1
t
Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Ik maak mijn opmerkin- V
gen niet in de vorm van een korte stemverklaring d
en ik heb trouwens ook niets afgesproken, maar ik T
ben altijd kort, dus u zult nooit veel last van
mij hebben.
G
De VOORZITTER: Totnogtoe valt het erg mee, v
hoorv
K
Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Mevrouw Paulussen d
heeft gesproken over de emancipatiecommissie, waar- B
van ik inderdaad wel het een en ander afweet: een
Eerste Kamer-lid voor D'66 is jarenlang voorzitter 6
van die commissie geweest. Volgens mevrouw Paulus
sen is de commissie tot de conclusie gekomen dat
emancipatiebeleid heel nodig is. Ook naar mijn