2218 14 DECEMBER 1978 moeten bevorderen dat de verhoging van het percen tage woningwetbouw wèl wordt waargemaakt. Ik ben het helemaal met de wethouder eens dat verhoging van het percentage van 30 morgen geen oplossing brengt. Daarom dienen wij juist nu al in actie te komen en niet eerst weer woningbehoefte-onderzoe ken af te wachten. We moeten nu al aan het werk gaan. Wethouder VAN DUN: Ik zal niet veel zeggen, omdat ik geen behoefte heb aan het afleggen van een stemverklaring, waarmee we naar ik meen bezig waren. Men mag dit beschouwen als een interruptie. Verkeerd geciteerd worden vind ik een nare ervaring. Twee opmerkingen aan het adres van me vrouw Muntjewerff. Zij heeft een uitspraak van mij uit 1977 geciteerd, toen er echter sprake was van een doorstromingsbeleid zoals dat werd gevoerd door de gemeente. Wij hebben toen geprobeerd door ver hoging van de doorstromingspremie een eigen beleid te voeren en daar is geen bal van terecht gekomen. Ik handhaaf die uitspraak, maar zij heeft geen be trekking op de doorstroming die in Breda spontaan aan de gang is. Mijn tweede opmerking over het verkeerd cite ren. Ik heb niet gezegd: zelfs als we de 30 zou den verhogen, kunnen we het niet waarmaken. Ik heb gezegd: zelfs als we de 30 zouden verhogen waar ik tegen ben zou dat geen directe oplos sing brengen. Men zal in de notulen zien dat dit precies dezelfde woordkeuze als zojuist is. Verho ging van de 30 zal geen directe oplossing brengen, omdat de voortgang van het proces-Haagse Beemden erdoor zal worden gefrustreerd, terwijl men daar aan al jaren geleden, op basis van het wetenschap pelijk onderzoek, aan de hand van 30 is begonnen. Er zal een stagnatie in de bouw optreden, terwijl juist alleen "bouwen bij het leven", zoals de heer Eissens heeft gezegd, tot een oplossing voor het probleem leidt. Dit waren bij wijze van interruptie twee

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2218