18 DECEMBER 1978
2231
De heer VAN ASSELDONK: Aan de buurman is de
bouwvergunning niet geweigerd.
De heer PAQUAY: Maar die moet de dakkapel af
breken of aanpassen aan de norm. Indertijd zijn
vergunningen verleend voor de bouw van dakkapellen
die ik liever als "dakhuizen" zou betitelen en die
nu niet meer aanvaardbaar zouden zijn. Naar mijn
mening worden de maatstaven niet op de juiste wij
ze toegepast.
De heer VAN ASSELDONK: Ik wil voorkomen dat
hier een verkeerde indruk wordt gewekt. We hebben
hier niet te maken met een soortgelijke situatie
als indertijd in de Hoge Vucht. Mij is duidelijk
gebleken dat er niet met twee maten wordt gemeten.
Ik weet dat de heer De Brouwer ter plaatse is we
zen kijken en ook ik heb persoonlijk de situatie
opgenomen. Er wordt niet met twee maten gemeten en
de situatie is heel anders dan indertijd in de Ho
ge Vucht.
De heer DE BROUWER: Die "metingen" van de heer
Van Asseldonk wil ik graag voor zijn rekening la
ten l
De VOORZITTER: Dat doen we hier meestal.
De heer CRUL: De raad heeft volgens de heer
Van Dun een andere verantwoordelijkheid dan de wel
standscommissie: als je een commissie benoemt moet
je daar ook een zeker vertrouwen in hebben. De
belangrijkste taak van de raad is misschien inder
daad het bewaken van de procedure; daarnaast zouden
wij wellicht signalen aan de welstandscommissie
kunnen geven als er bij ons iets leeft.
In dit geval gaat het om een jarenlang slepen
de kwestie. Het is niet zo dat de betrokkene van
het begin af aan niet tot een gesprek bereid is
geweest. Hij is eigenlijk een beetje ten einde
raad: hij heeft zó veel gesprekken gehad, dat hij