2276
18 DECEMBER 1978
standpunt staat dat het actief en passief kies
recht, uitsluitend voor georganiseerden, moet wor
den gehandhaafd. De vakbeweging vindt evenmin dat
alleen het passief kiesrecht tot de georganiseer
den beperkt zou moeten blijven. De heer Dreef heeft
uitdrukkelijk gezegd dat de vakbeweging bereid is
het passief kiesrecht als recht voor georganiseer
den te laten schieten, wanneer daarvoor in de
plaats komt het enige punt waar het de vakbeweging
om gaat, namelijk dat de mensen ten opzichte van
het hoofd van dienst en de directeur in een onaf
hankelijke positie worden gebracht. Volgens de
vakbeweging leidt het hiërarchisch gegeven binnen
een apparaat als het gemeentelijke ertoe dat de
werknemers in een zekere afhankelijkheidspositie
verkeren ten opzichte van hoger geplaatsten in de
hiërarchie. De vakbeweging acht het daarom nuttig
dat dergelijke hiërarchische situaties worden
doorbroken doordat gekozen leden weten dat zij
het geheel van hun vakbeweging achter zich hebben.
Ik weet wel dat de situatie die de vakbewe
ging nastreeft, niet ideaal is. In feite treedt de
vakbeweging op deze manier nogal bevoogdend op.
Wie kan echter op dit ogenblik bepalen in welke
mate het argument van de vakbeweging nog geldt?
Ik denk dat het argument van situatie tot situatie
een verschillende zwaarte heeft. Als de vakbewe
ging haar uitgangspunt in dezen overeind houdt,
zal in situaties waarin de medewerkers werkelijk
vrij met hun hoofd van dienst kunnen praten, onte
recht worden gehandeld.
Je kunt ook bepleiten enkele fracties in
deze raad hebben dat gedaan meteen maar tot een
volstrekt open situatie te komen. In dat geval
neem je risico's in de richting van de medewerkers
van diensten en bedrijven waar het hoofd van
dienst wêl veel autoritairder optreedt en eventu
eel problemen veroorzaakt voor medewerkers die te
openlijk "rebelleren".
De beide geschetste uitersten en alle tussen
vormen doen zich voor. Ik denk dat je op dit