18 DECEMBER 1978
2277
ogenblik niet kunt zeggen dat de een of de ander
absoluut gelijk heeft. Er moet een keuze worden ge
daan. Om allerlei redenen is op het ogenblik in
Breda gekozen voor actief kiesrecht voor iedereen
en passief kiesrecht alleen voor georganiseerden.
Ik acht dat een juiste keuze, niet uit een oogpunt
van tactiek jegens de vakbeweging, maar in inhoude
lijk opzicht.
Over de positie van het hoofd van dienst
het tweede zojuist door mij genoemde onderwerp
wil ik het volgende zeggen. De enige goede situa
tie waarin we terecht kunnen komen, is dat het er
geen fluit toe doet wie voorzitter van een medezeg
genschapscommissie is. We moeten in een situatie
kunnen komen waarin zowel het hoofd van dienst als
elk ander lid van de medezeggenschapscommissie
voorzitter zou kunnen zijn. In die ideale situatie
zouden de mensen namelijk inderdaad op voet van ge
lijkheid met elkaar praten. Zolang die situatie
niet bestaat, moet je mijns inziens inderdaad ge
neigd zijn te zeggen dat het misschien niet de bes
te oplossing is het hoofd van dienst voorzitter
van de m.c. te maken. Om die reden staat ook in de
toelichting dat wij vooralsnog en voorlopig kiezen
voor een positie van het hoofd van dienst als voor
zitter van de m.c. Dit is één van de punten die
dat is ook in het georganiseerd overleg duide
lijk naar voren gekomen in de evaluatie moeten
worden betrokken. We moeten nagaan of het mogelijk
is op bepaalde plaatsen met gekozen voorzitters te
gaan werken.
De beslotenheid van vergaderingen is in de on
derhavige verordening zeker niet absoluut. In deze
verordening is de mogelijkheid open gelaten om
groepen anderen bij de vergaderingen aanwezig te
laten zijn. Er is ook wat de geheimhouding betreft
een hele serie openingen blijven bestaan; de heer
Dreef heeft dat duidelijk aangegeven. Ik denk der
halve dat we met een relatieve beslotenheid en een
relatieve geheimhouding te maken hebben. Uit het
overleg is overigens gebleken dat beslotenheid en