18 DECEMBER 1978 2279 Wethouder WELSCHEN: Als u op bepaalde vragen vanavond een antwoord wilt hebben, kunt u die straks misschien even noemen. Vanwege de tijd loop ik de lijst van vragen dan nu niet door; de hoofdpunten zijn al besproken. Ik bestrijd overigens de stel ling van de heer Garritsen dat in andere steden een veel betere verordening op tafel zou liggen dan hier. Een verordening in een andere stad mag op een enkel punt beter zijn, maar het is zeker niet zo dat je over de gehele linie ten aanzien van an dere steden over betere verordeningen kunt praten. We hebben daarover contacten gehad. De heer DREEF: Kan de heer Garritsen aangeven op welke gemeenten hij doelt? Het is voor mijn in formatie van belang daaraan aandacht te besteden. De heer GARRITSEN: Ik heb de gemeente Amster dam genoemd. Daarnaast heeft de P.T.T. uw frac tie is daarvan naar ik aanneem op de hoogte pas een nieuwe verordening. Wethouder WELSCHEN: Het gaat niet alleen om de vraag welke gemeenten het betreft, maar ook om de vraag op welke punten de verordeningen elders beter zijn. Wanneer het alleen het actief en pas sief kiesrecht zou gelden ik ben daarop zojuist al ingegaan hoeft niet iedereen op dit ogenblik een andere regeling ook als een betere te ervaren De heer Dreef heeft verscheidene vragen ge steld; op enkele daarvan wil ik bij dezen ingaan. Hij heeft gevraagd wat wordt bedoeld met de opmer king dat de m.c. geen overdruk van de organisatie structuur mag zijn. Bedoeld wordt dat niet per se bijvoorbeeld alle sub-afdelingen van een bedrijf in de m.c. vertegenwoordigd moeten zijn. Je hoeft dus niet de organisatiestructuur van het bedrijf- in-kwestie over te nemen: het gaat erom dat de vak beweging zo goed mogelijke vertegenwoordigers krijgt die van zo veel mogelijk facetten van het bedrijf op de hoogte zijn, maar dat hoeft niet per

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2279