2308 18 DECEMBER 1978 die erin slagen deze complexe materie op haar juiste waarde te taxeren. Uit de adhesie van de heer Hendriksen voor dit voorstel blijkt duidelijk dat wethouder Sandberg de afgelopen jaren deze ma terie de juiste aandacht heeft gegeven en haar goed heeft getaxeerd, ondanks het vaak zware tegen pruttelen van collega Hendriksen. We kunnen overi gens constateren dat de heer Garritsen in deze raad die taak heeft overgenomen. We constateren echter ook dat er bergen werk moeten worden verzet en bergen papier moeten worden gebruikt om de ach terliggende gedachten van de decentralisatie geac cepteerd op een rij te krijgen. Daarbij komt ook nog eens de zinsnede van de staatssecretaris me vrouw Kraaijeveld-Wouters in haar brief van 6 okto ber 1978 aan de gemeentebesturen, inhoudende dat bij de invoering van de bijdrageregeling een be leidsinstrument wordt geïntroduceerd waardoor gro te wijzigingen optreden in de beslissingsstructu ren. Ook onze fractie meent dat de nieuwe opzet van de bijdrageregeling goed kan zijn, maar wij menen te mogen constateren dat er nog veel zal moe ten worden gedaan om de dingen ook aan de betrok ken burgers goed over te brengen. De V.V.D.-frac tie vindt dat de invoering van de bijdrageregeling een goede tussenfase kan zijn, cp "route" naar de concretisering van de kaderwet. Qnzes inziens breekt nu een duidelijke overbruggingstermijn aan waarin moet worden geprobeerd zo veel mogelijk bur gers en belanghebbenden bij het proces te betrek ken. Ten aanzien van dit voorstel hebben ons in de afgelopen jaren bergen nota's, verslagen en tussen tijdse rapportages bereikt. Tussen het ogenblik van de aanvaarding van de motie in november 1974 en nu is erg veel werk verzet. Duidelijk blijkt al bij de aanzet dat ten aanzien van de tijdsduur de verwachtingen te optimistisch waren. Ook is geble ken dat spreken over het één zó veel raakvlakken heeft met weer andere zaken, dat op diverse punten nog uitdieping nodig is. Het elkaar vinden in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2308