18 DECEMBER 1978 2313 ook nog van belang kunnen zijn, bijvoorbeeld in het kader van de leermarkt. Met betrekking tot de kwestie van de kansar men heeft de ene fractie betoogd dat het college niet ver genoeg gaat, terwijl de andere fractie heeft gevraagd of wij voorrang aan de kansarmen willen geven. Wij onderschrijven de uitgangspunten van het plan zoals het hier vóór ons ligt. De op stellers van het rapport kiezen voor de activitei ten ten behoeve van de kansarmen en willen daaraan voorrang geven. Dat staat in het rapport en in het voorstel staat duidelijk dat wij de uitgangspunten van het meerjarenplan en het programma onderschrij ven De heer TEN WOLDE: Onderschrijft het college nu het uitgangspunt van het rapport of het uitgangs punt dat in het programma-akkoord is geformuleerd? Wethouder PAULUSSEN: Het college werkt met een programma dat het uiteraard onderschrijft. Het rap port dat vóór u ligt, opgesteld door de in de vori ge raadsperiode ingestelde stuurgroep SCEPis door het college in zijn geheel overgenomen en in een preadvies verwerkt. Ik kan namens het college geen andere mededeling doen dan een weergave van de punten die in het rapport naar voren worden ge bracht. Aan de ene kant kiezen wij voor de activi teiten ten behoeve van kansarmen er worden en kele categorieën genoemd tegelijkertijd zegt het rapport dat het begrip "kansarmen" nog verder zal moeten worden ingevuld. Er is uitdrukkelijk gekozen voor activiteiten ten behoeve van kansar men. Er wordt omschreven wat kansarme groepen zijn, er wordt De heer GARRITSEN: Het ging mij erom dat het woordje "voorrang" in het rapport uitdrukkelijk wordt genoemd.' Wethouder PAULUSSEN: Ik wil u wel antwoorden,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2313