2320
18 DECEMBER 1978
op voorrang of op extra aandacht? De afkorting
"m.n." komt in het ter tafel liggende concept-be
sluit voor.
De heer VAN ASSELDONK: Die fractievoorzitter
van mij rijdt mij soms wel voor de wielenl
Ik wil de wethouder danken voor haar antwoord
dat ik hogelijk waardeer, mede in verband met het
feit dat zij in haar beroep vele jaren lang met
deze moeilijke materie te maken heeft gehad. We
hebben duidelijk kunnen constateren dat we in de
toekomst veel naar elkaar zullen moeten luisteren
en dat de materie van de rijksbijdrageregeling en
van het gehele welzijnsbeleid niet gediend is met
mensen die het weten, maar wèl met mensen die be
reid zijn naar elkaar te luisteren en op basis van
een afweging tot een plan te komen.
De heer GARRITSEN: Ik handhaaf de bedenkingen
tegen het plan die ik in eerste termijn uiteenge
zet heb. Je kunt natuurlijk in een bepaalde wethou
der wat meer vertrouwen hebben en aannemen dat die
van dit in onze ogen niet al te beste plan
wel iets zal kunnen maken, maar je hebt met een ge
heel college te maken. Er mag dan voorrang voor
kansarmen zijn toegezegd, maar als je weet hoe de
discussie zich tijdens de onderhandelingen over de
collegevorming heeft afgespeeld, heb je er een
zwaar hoofd in dat een en ander echt een beetje
behoorlijk van de grond zal komen. Daar komt nog
bij dat volgens het plan aansluiting bij de behoef
ten van de bevolking moet worden gezocht. Dat
klinkt op zichzelf wel leuk, maar het zal tot ge
volg hebben dat er weinig lijn in het beleid zal
zitten. Ook in het rapport is weinig lijn te ont
dekken. Hoewel er leuke zinnen in staan die aan
zetten zouden kunnen bevatten, biedt het plan als
geheel te weinig lijn. In eerste termijn heb ik
erop gewezen dat er gegevens uit drie categorieën
hadden moeten worden verwerkt, terwijl in werke
lijkheid nog slechts één categorie is afgerond.
