m 2324 18 DECEMBER 1978 desbetreffende circulaires uitdrukkelijk de voor keur geeft aan samenwerkingsverbanden waarin zo veel mogelijk vormen van onderwijs zijn betrokken. Uit het ter tafel liggende voorstel blijkt: a. dat men de gemeentelijke l.t.s. wil aanmel den; b. dat men verklaart bereid te zijn tot het vormen van een samenwerkingsverband. Met andere woorden: het komt mij voor dat dit een goed voorstel is en dat er, zoals wij bij de begrotingsbehandeling hebben gezegd, een juist be leid wordt gevoerd. Toch wil ik enkele vragen stel len. In de notitie betreffende zestien- tot acht tienjarigen is sprake van drie aspecten: 1beroepsopleidingsprogramma1s 2. algemeen oriënterende programma's; 3. schakelprogramma's. Het komt mij voor dat de gemeentelijke l.t.s. al deze programma's niet kan leveren, te meer daar de tekst van blz. 3 van het voorstel met name op de beroepsopleiding toegespitst lijkt te zijn. Ik zou de wethouder willen vragen of het in het kader van dit voorstel mogelijk is de drie bovengenoemde aspecten te realiseren. Mijn tweede vraag is wat mij betreft de "ham vraag": komen bij dit project ook de bijzondere scholen aan de bak? Zullen die scholen genoegzaam aan hun trekken komen? Ik weet dat er in die krin gen grote onrust heerst; de wethouder is ervan op de hoogte dat dat zo is en waar het over gaat. Hoe taxeert hij de kansen van de bijzondere scholen in dit opzicht? Mevrouw SAELMAN-BOELENIk zou de wethouder willen vragen of hij van plan is aangaande een proefproject een zelfstandige aanvraag vanuit de g.t.s. in te dienen. Mij is namelijk sinds kort bekend dat ook de k.t.s. zo'n aanvraag wil indie nen en dat men bij de k.t.s. wat de samenwerking met andere scholen betreft al in een vergevorderd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2324