18 DECEMBER 1978
2347
er ook binnen het woningenbestand een verschuiving
plaatsvindt. De woningen die in het economisch ver
keer meer aan waarde hebben gewonnen dan andere,
zullen zwaarder worden belast. Dat is het gegeven
waar we vandaag in feite over praten. Voor de wo
ningen die minder in waarde zijn gestegen, zullen
geen extra verzwaringen gelden.
Over de motie hebben we inderdaad in het col
lege gesproken. Het invoeren van een belastingvrije
voet in het kader van dit voorstel is technisch
volstrekt uitgesloten, omdat we dan andere tarie
ven moeten hanteren, ofwel bij de huurders, ófwel
bij de eigenaren, ófwel bij huurders en eigenaren.
De billijkheid en de rechtvaardigheid van zo'n be
lastingvrije voet zijn mij overigens, eenmaal uit
gaande van de optiek van de wet, niet duidelijk.
Wij hebben met elkaar afgesproken de waarde van de
objecten zo rechtvaardig en eerlijk mogelijk te
doen vaststellen.
Met betrekking tot de militaire terreinen wil
ik graag eens nagaan hoe de situatie is, teneinde
eventueel te overwegen op welke wijze wij daar wel
licht onze activiteiten bijvoorbeeld via de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten op zouden
kunnen afstemmen.
Tot slot kan ik nog zeggen dat de meerderheid
van het college de aanvaarding van de motie ont
raadt, terwijl twee leden begrip hebben voor de
argumenten die bij de motie zijn aangevoerd, en de
motie mede willen steunen.
De motie van de heer Van de Steenoven wordt
hierna in stemming gebracht en met 17 tegen 14
stemmen verworpen.
TEGEN hebben gestemd: de heren Suurmeijer,
Van Dongen, Ten Wolde, Veelenturf, Van Dun, Broe
ders, Gielen en Schuring, mevrouw Van Rooij-van
den Heuvel, de heren Van den Wijngaard, De Raaff,
Kammeraat, Van Asseldonk, Sandberg en Van Banning,
mevrouw Den Ouden-Jansen en de heer Taks.