16 FEBRUARI 1978, 236 dat in ieder geval. Naar onze mening had de heer Jongeneel aan zijn uittreden andere, vergaande con sequenties moeten verbinden. Dit was onzes inziens zijn plicht tegenover de kiezers en in relatie tot het door hem onderschreven programma. In dat licht bezien is het niet juist de heer Jongeneel als een afzonderlijke fractie te beschouwen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethou ders besloten. De VOORZITTER: Voor de vervroegde vergadering van aanstaande maandag blijven ter behandeling de punten 20, 26 en 31 van de agenda over. Ik stel vast dat er met betrekking tot de middagzitting van aanstaande maandag grote bezwaren tegen het aan- vangstijdstip van vier uur bestaan. Ik zou willen voorstellen maandag van vijf uur tot half zeven te vergaderen, een half uur pauze te houden waarin broodjes beschikbaar zullen zijn, en om zeven uur met de behandeling van agendapunt 5 te beginnen. De heer TEN WOLDEZouden we niet om half zes of zes uur kunnen beginnen zonder pauze te houden? Daarbij zou dan wellicht iets vroeger dan gebruike lijk koffie kunnen worden geserveerd, dit maal met een broodje erbij. De VOORZITTER: Dan krijgen we de agenda nooit afgewerkt. De heer TEN WOLDE: Het binnenstadsplan en het verkeerscirculatieplan zouden toch in drie uur moe ten kunnen worden behandeld. De VOORZITTER: Ik zie het u doen! Het is mij nu al bekend dat er in eerste termijn op zijn minst twaalf sprekers zullen zijn. U moet zich er niet in vergissen. Ik ben zelfs erg bang dat we door om vijf uur te beginnen en tot half zeven te vergaderen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 236