255 20 FEBRUARI 1978.
(Middag)
zijn echter met de H.I.D.-volkshuisvesting in het
ongerede gekomen en er werd ons bericht dat "Sint
Joseph" dit onder geen enkel beding zou mogen doen
Die uitspraak is later wat afgezwakt, naar mijn
mening terecht, in dier voege dat een woningbouw
vereniging niet risicodragend op de markt mag ko
men. Ik heb daar alle begrip voor. Wij doen op het
ogenblik zowel het een als het ander, wat betekent
dat wij de architect die zich met het plan bezig
houdt ook inschakelen voor de outfit van het win
kelcentrum. Tevens zoeken wij naar een constructie
waarbij een en ander voor de woningbouwvereniging
niet risicodragend is. Wij plegen hierover overleg
met de H.I.D-volkshuisvesting en met de woning
bouwvereniging "Sint Joseph". Dat overleg is nog
niet afgerond en ik weet daarom nog niet welke
constructie eruit zal komen.
Mevrouw Muntjewerff meent dat het quantum so
ciale woningbouw te gering is, maar ik heb al ge
zegd dat in dit plandeel het vastgestelde percenta
ge nagenoeg wordt gehaald. Als ook de andere plan
nen gereed zijn zullen wij dit aan het structuur
plan kunnen toetsen.
Vervolgens is de fundamentele vraag gesteld
hoe het met het toelatingsbeleid zit. U weet dat
in dat kader nogal wat woorden kunnen worden ge
bruikt, bijvoorbeeld "toelatingsbeleid" en "toewij
zingsbeleid"Bij eerdere discussies in de raad
heb ik daarover wat kryptisch gedaan, omdat wij in
het college nog niet tot een besluitvorming waren
gekomen. Het college heeft inmiddels besloten de
raad een preadvies aan te bieden, waarin sprake
zal zijn van een toelatingsbeleid voor de Haagse
Beemden, waarbij ik word nu opnieuw kryptisch -
enerzijds rekening zal worden gehouden met de ei
gen woningbehoefte in Breda en anderzijds met de
taakstelling van Breda als groeistad. U zult die
dualiteit ook steeds ervaren. Wij zullen in dat
preadvies de term "economische binding" introduce
ren en daarbij doelen wij dan niet alleen op Breda
maar op de regio. Vervolgens zal er iets in staan