20 FEBRUARI 1978. 288 (Middag) hebben wij gestimuleerd en getracht de mensen bij- elkaar te krijgen om tot een samenwerkingsverband te komen. Het ziet ernaar uit dat dat nu gaat ge beuren. Ik geloof dat dat ook de taak van de over heid in dezen is en dat wij hierin noch met man kracht noch met geld moeten gaan participeren. Het is overigens onjuist te stellen dat waar de gemeen te heeft geparticipeerd de opzet is mislukt; in dat verband kunnen voorbeelden worden genoemd. Ik ken geen voorbeelden van centra die door de gemeen te zijn opgezet en waar het goed gaat, maar ik ken wel voorbeelden van centra die goed lopen en die niet door de gemeente zijn opgezet. Overigens wil ik daar niet de conclusie aan verbinden dat wat de gemeente opzet tot mislukken is gedoemd. Ik vind het echter niet nodig dat de gemeente dat doet. De partners zullen bijelkaar moeten gaan zitten om te bekijken hoe zij tot realisering kunnen komen. Ik ben dus niet van plan de stuurgroep te verzoeken bij haar verdere beschouwingen en ontwikkelingen mede te bezien in hoeverre de gemeente kan partici peren. Toen de heer Oomen was uitgesproken schoot mij te binnen dat hij hier abortus pleegt op een zeer gewenste zwangerschap. Ik vind het dus niet nodig dat wij als gemeente een grote vinger in de pap of een sterke greep op het geheel krijgen, maar wel wil ik blijven stuwen en proberen de men sen bijelkaar te houden opdat er tot een samenwer kingsverband wordt gekomen; verder wil ik niet gaan. De heer Koertshuis heeft gezegd dat wij voor zichtig te werk moeten gaan en de kosten en het functioneren in het oog moeten houden. Er zal geen dienstverband met de artsen komen en er zal ook geen sprake zijn van detachering van de maatschap pelijk werkers en de wijkverpleegkundigen. Ik heb begrepen dat er geen allround kruiszusters en ook geen allround maatschappelijk werkers zijn, maar er is wel allround maatschappelijk werk en all round kruiswerk, waarmee wordt bedoeld dat de tota liteit van het orgaan wél over alle disciplines

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 288