319 20 FEBRUARI 1978.
(Avond)
meer plaatsen gaat bebouwen en maatregelen gaat
treffen om het parkeren in de woonstraten tegen te
gaan. Gezien het feit dat de binnenstad nu al zeer
vol staat met geparkeerde auto's, dienen er heel
snel maatregelen te worden genomen, te beginnen
met het verwijderen van de langparkeerders naar
een plaats buiten de cityring. Daarnaast dient de
verwijzing naar de bestaande parkeerplaatsen dui
delijker te worden, opdat het verfoeilijke heen
en weer-gerij tot het verleden gaat behoren.
Ik wil even een sprongetje maken naar iets
dat wat verder hiervan is verwijderd. Op bladzij
de 18 spreekt u over het parkeren in de St. Igna-
tiusstraat en ik wil daarover het volgende opmer
ken. Aan de achterzijde van het ziekenhuis in de
Mgr. Hopmansstraat bevindt zich een zeer ruim
trottoir. De straat wordt daar alleen gebruikt
door de leerlingen van de aldaar staande M.A.V.O.
Tijdens de bezoekuren van het ziekenhuis wordt
daar nauwelijks verkeer aangetroffen. Het zou
daarom beter zijn daar door middel van insteekha-
vens een groot aantal parkeerplaatsen aan te bren
gen, zodat de St. Ignatiusstraat kan worden ont
last. Dit geldt eveneens voor de Beverweg, waar
het parkeren in de nabijheid van de kruisende
straten het uitzicht enorm belemmert, terwijl de
opstelruimte voor de auto die uit de zijweg komt
te klein is, omdat hij ook het fietspad moet vrij
houden. Men kan nu niets meer zien en verbetering
is dan ook noodzakelijk, zeker van het kruispunt
Claudius Prinsenlaan-Beverweg-De la Reyweg, waar
een reconstructie nodig is.
Terugkerend naar het parkeren in de binnen
stad willen wij stellen dat voordat parkeerplaat
sen vervallen door bebouwing of verkeersmaatrege
len andere parkeerplaatsen dienen te worden ge
creëerd.
Opnieuw is teruggekomen op de door de stich
ting in oprichting gedane uitspraak over het ge
bruik van zogenaamde platformbusjes. Deze vorm van
vervoer van en naar parkeerterreinen is zeker een