355 20 FEBRUARI 1978.
(Avond)
leegstand van die kantoren. Het ging min of meer
om prestige-objecten als het gebouw voor de soci
ale dienst en de Karnemelkstraat
De heer VEELENTURF: Ik weet niet of de heer
Hendriksen bekend is met de Torenpassage en de
Houtmarkt. Ik heb het woord "kantoren" niet eens
genoemd, maar ik heb duidelijk over de winkelfunc
tie van de binnenstad gepraat.
De heer HENDRIKSEN: Ik heb de woorden van de
heer Veelenturf aangehaald om daarmee aan te tonen
dat men hetgeen het college doet naar voren kan
brengen op een wijze dat het erop lijkt alsof het
allemaal goed was.
De heer VEELENTURF: Kunt u aantonen dat die
beslissingen fout waren?
De heer HENDRIKSEN: Ik meen dat wij in het
verleden voldoende naar voren hebben gebracht,
met name vanuit de burgerij ik praat ook nu
vanuit die burgerij hoe pijnlijk die kantoren-
bouw is als tegelijkertijd een groot aantal bewo
ners nog geen huis heeft.
De heer VEELENTURF: Ik heb met name de Toren
passage en de Houtmarkt genoemd en ik kan me toch
niet voorstellen dat men dat als kantorenbouw kan
zien.
De heer HENDRIKSEN: Ik heb het niet alleen
over kantorenbouw, maar ik heb duidelijk ook die
andere dingen erbij gehaald. De Houtmarkt komt op
de burgerij over als een project waarbij groot
schalige zaken worden gerealiseerd, terwijl die
burgerij in de binnenstad juist zo graag een ver
betering van het woonklimaat zou zien met renova
tie, rehabilitatie en een regeling van het verkeer
met alles wat daarmee samenhangt. In die zin ont
breken daden van het collegeLangzaam maar zeker