20 FEBRUARI 1978. 372
(Avond)
zijn, maar dat kon niet vanwege de problemen met
de kop-VeemarktstraatHoe je daar ook over denkt,
die financiering is feitelijk een tegenvaller.
In de tweede plaats gaat er per jaar een ton
extra naar openbare werken voor de investeringen.
Tezamen is er dus anderhalf miljoen gulden voor in
vesteringsmogelijkheden beschikbaar en dat is niet
erg veel. Daarnaast zijn er natuurlijk uit de ver
schillende budgetten, inclusief dat van openbare
werken nog gelden beschikbaar voor de binnenstad,
maar ook dat is niet bijzonder veel. Eigenlijk
kunnen we daar zelfs de meest noodzakelijke dingen
niet van betalen. Gezien de duurte van het plan en
het feit dat er maar zeer weinig geld beschikbaar
is, met name als de wijken en de sectoren de hoog
ste prioriteit mogen behouden, is het zonder meer
duidelijk dat wij superscherpe prioriteiten moeten
gaan aangeven. Ik geloof dat dit niet alleen door
de wethouder van ruimtelijke ordening moet worden
gedaan, maar door het hele college. Als er voor
die superscherpe prioriteiten op dit moment onvol
doende geld aanwezig is, zal er in feite uit alle
portefeuilles geld in die richting moeten gaan.
Hierbij kom je op het punt dat is al veel eer
der geconstateerd dat er eigenlijk college-prio
riteitstellingen zouden moeten zijn, naast de sec
torprioriteitstellingen. Het is zeer normaal dat
de verschillende wethouders de zaken die hun zelf
aangaan altijd een zeer grote prioriteit geven,
dat gebeurt vrijwel overal, maar we zullen daarin
toch verandering moeten brengen. Naar onze mening
zal er een integraal collegebeleid moeten komen
dat op een beperkt aantal prioriteiten is gericht,
die dan ook uitvoerbaar moeten zijn als het hele
college de handen ineenslaat. Het is natuurlijk
geen nieuwtje dat voor de fracties van de Partij
van de Arbeid en de P.P.R. betaalbaar wonen in een
behoorlijke omgeving prioriteit nr. 1 is; we heb
ben daar vier jaar en langer nooit twijfel over
laten bestaan. Als je het wonen inderdaad helemaal
voorop wilt stellen, zul je daarvan een taak