20 FEBRUARI 1978. 400 (Avond) wil niet zeggen dat wij alleen maar uitpakken en zeggen: kijk» dat hebben wij allemaal gedaan. Het spijt ons bijzonder dat wij na al die jaren nog niet tot een volledig functionele invulling zijn gekomen van de Leuvenaarstraat-Middellaan-situatie en van de Gerardus-Majella-situatie die ons een doorn in het oog zijn» maar aan de andere kant hebben wij goede hoop dat wij vanavond» naar aan leiding van hetgeen in eerste instantie is gezegd, het sein voor de Beyerd-Vlaszak op groen kunnen zetten. Ik wil ook niet voorbijgaan aan de proble men die wij rond de militaire terreinen hebben ge had. Voor de duidelijkheid zou ik nog even het een en ander over de historie en de bedoeling van deze avond tegen u willen zeggen. Waar zijn wij sinds 1969 mee bezig geweest? Wij hebben getracht vanuit een evenwichtige afweging te komen tot het vast leggen van doelstellingen en functies voor de bin nenstad» waarbij wij met de raad steeds een bepaal de verenging in de besluitvorming tot stand hebben gebracht. Het was een vastleggen van functies in de binnenstad vanuit een verantwoorde afweging en binnen de hoofdlijnen» want verder zijn wij nog niet. Ik wil er nadrukkelijk op wijzen dat de fei telijke invulling in overleg en samenspraak met de belanghebbenden zal geschieden. Die studie hebben wij niet alleen verricht. Vanaf zijn ontstaan heb ben wij de STAR en wie zou hem voor het hoofd willen stoten? -- steeds betrokken bij de formele advisering en de informele contacten vanuit het ambtelijk apparaat met de werkgroep binnenstad. Men is door ons voortdurend meegenomen in het avontuur en wij hebben dankbaar gebruik gemaakt van de vele deskundige, enthousiaste en geënga geerde opmerkingen vanuit de STAR. Een ander bij zonder aspect zijn de vele voortreffelijke werk zaamheden van het bureau voorlichting. Talloze in formatiebladen vaak met een oplage van 40.000 exemplaren zijn bij de mensen in de bus gegle den en voorts dwingen ook de brochures en de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 400