20 FEBRUARI 1978. 406 (Avond) zegt dat de consequenties daarvan niet in de meer jarenbegroting zijn ingevuld volkomen gelijk heeft Als u deze beslissing aanvaardt zitten wij met een praktisch voordeel, namelijk dat wij bij de kre dietverlening door uw raad voor de in de toekomst aan te leggen verkeerslicht-installaties kunnen anticiperen op de mogelijkheden van straks, maar het is niet zo dat wij op dit moment het geld voor handen hebben ofwel dat wij zeggen dat het wel goed komt. Neen, als u dit besluit onderschrijft verstaan wij dat als een opdracht aan het college om te trachten de op tafel gelegde prioriteiten in de meerjarenbegroting in te passen. De kans is niet uitgesloten dat wij bij u terug zullen moeten komen met de mededeling dat wij er op de termijn, waarop de meerjarenbegroting loopt, niet toe in staat zijn. Ik hoop dat het niet het geval is, maar die vraag blijft nog open. In het kader van het verkeerscirculatieplan kan over inspraak of over bespreekbaar maken wor den gesproken, maar het is toch goed te ervaren dat een ambtelijke nota die in de Bredase binnen stad wordt gedropt zóveel reacties oproept van mensen die zich in hun persoonlijke situatie aan gesproken voelen. Er zijn zo'n 60 reacties opge borreld en wij vinden na een zorvuldig afwegings proces dat men op bepaalde punten gelijk heeft, zodat wij daar nog eensnaar moeten kijken. Ik ver wijs in dezen naar het preadvies inzake de Ginne- kenweg en de situatie rondweg-Wilhelminafontein. Parkeren, parkeergarages, particulieren, be heersingssystemen en vergunningenstelsels; ook daar kom ik op terug. Zoals u weet zullen wij daar over in maart in de raad discussiëren. De heer Welschen heeft natuurlijk gelijk als hij zegt dat ik hier niet vanuit mijn functie als wethouder van openbare werken en ruimtelijke orde ning spreek. De binnenstad van Breda is een zaak die allen in Breda aangaat, maar het is tegelijker tijd een zaak van alle wethouders in dit college die dwars door alle portefeuilles heenloopt. Een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 406