439 20 FEBRUARI 1978. (Avond) beslissing is geweest. Nogmaals, de raad moet in de toekomst de moed hebben om hoofdbeleidsuitgangs punten aan de factor evenwichtigheid te toetsen Ik wil het hierbij laten, want detaildiscussies zijn op dit moment niet aan de orde; daarvoor zul len wij in de toekomst nog genoeg gelegenheid krijgen. De heer GEENE: In de eerste plaats wil ik de wethouder dankzeggen voor zijn uitvoerige toelich ting en beantwoording van door ons gestelde vragen. Het was werkelijk een stortvloed van woorden en er is deze avond ook nogal wat op hem afgekomen. De inspraak heeft van de wethouder ruimschoots de aandacht gekregen, zodat ik daarop niet behoef in te gaan, en hetzelfde geldt voor de financiële as pecten. Wat de bezorgdheid van de bewoners betreft ben ik het met de wethouder eens dat die geen symptoom van ongenoegen is. Wij zien dit als be zorgdheid en belangstelling en dat is iets heel anders Ik ben blij dat de wethouder de kwestie van de militaire terreinen een beetje op termijn wil stellen, want we hebben al zo veel andere financi ële zorgen. Wat de moties betreft kan ik mij vinden in de opvattingen van de wethouder. Gezien de toezeggin gen welke van de kant van het college zijn gedaan willen wij de moties 2 en 3 intrekken; naar ons gevoel zijn die overbodig geworden. Ik wil vervolgens nog heel kort ingaan op de nota "Drie in de pan", want ik heb begrepen dat die de Partij van de Arbeid en de P.P.R. nogal hoog zit. Vanavond heb ik er al voor gewaarschuwd dat de discussie waarschijnlijk nieuwe gezichts punten zou opleveren. Het is gebleken dat onze vi sie op de binnenstad toch een andere is dan die van de Partij van de Arbeid en de P.P.R.want wij willen meer dan wonen alleen. De heer Crul heeft nog wel geprobeerd de heel sterke nadruk die van de kant van de P.v.d.A. en de P.P.R. op het wonen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 439