443 20 FEBRUARI 1978.
(Avond)
binnenstad;
3het rekening houden met de belangen van het
midden- en kleinbedrijf;
4. het geven van voorrang aan verkeerssoorten in
de volgordevoetgangersfietsersopenbaar
vervoer en auto;
5het beperken van het autoverkeer in de binnen
stad;
6. het bevorderen van de verkeersveiligheid in
de gehele stad;
7ten aanzien van de opbouw van de stad wordt
gekozen voor het versterken van de assen en
de kernen als uitlopers van de assen; iedere
wijk haar hart.
Een toetsing van uw voorstellen en de moties
aan deze uitgangspunten heeft het volgende resul
taat ten aanzien van de moties opgeleverd. Met mo
tie 1 gaan wij akkoord, met de kanttekening dat
wij er ons voor moeten hoeden dat wij het kind van
de rekening worden, met name in de richting van de
centrale overheid als de uitwerking zo veel tijd
gaat kosten dat ernstige vertragingen bij de uit
voering van de plannen optreden.
Wat motie 4 betreft is iets ons niet helemaal
duidelijk, maar misschien kan de wethouder daar
bij interruptie nog even op ingaan. Wij gaan ak
koord met het gestelde over de Maxis-vestiging,
wanneer wordt bedoeld dat er ook op een andere
plaats in Breda geen Maxis-vestiging mag plaats
vinden
Wethouder VAN DUN: Ik heb de motie niet inge
diend.
De heer GEENEDe door de heer Crul voorge
stelde toevoeging is niet mogelijk.
De heer CRUL: Houdt de motie dus niet in dat
er noch buiten de stad Breda noch elders in Breda
een Maxis-vestiging mag plaatsvinden?