16 MAART 1978. 474 "aanslag" op het (hun) park. Vandaar de volgende vragen. 1. Wat is de reden, dat de bewoners rondom het van Sonsbeeckpark niet op de hoogte waren van de feitelijk al lang geplande reconstructie? 2. Is het college met mij van mening, dat het be grijpelijk is, dat de bewoners ongerust en argwanend zijn t.a.v. de gevolgde werkwijze (vrijdag-'s avonds en 's zaterdags) en dat men deze als vreemd heeft ervaren? 3. Is het college bereid te bevorderen, dat zo spoedig mogelijk alle informatie omtrent de definitieve bedoelingen van deze reconstruc tie aan de verontruste bewoners wordt ver schaft? 3a. Wanneer ik een suggestie mag doen zou dit het beste kunnen op een voorlichtings-avond van de dienst beplantingen in een lokaliteit in de directe omgeving. 4. Zou het college willen bekijken of de door mij aangegeven suggestie onder 3a. ook in de toe komst bij eventuele grote ingrepen in parken of betreffende boompartijen kan worden toege past daar veel mensen visueel zijn ingesteld en een en ander wel past in de educatieve taak van die dienst? ANTWOORD 1. Het is gebruikelijk, dat de direct belangheb benden bij de reconstructie van een groenvoor ziening per circulaire vergezeld van een teke ning worden ingelicht vóórdat er werkzaamhe den worden uitgevoerd. Omdat er bij een stads park veel meer inwoners van de stad belang hebben dan de direct omwonenden, heeft de dienst bij gebrek aan ervaring bij dit soort aangelegenheden met de informatie niet goed raad geweten. 2. Het is begrijpelijk, dat door de gevolgde han delwijze verwarring en onrust bij de direct

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 474