54 12 JANUARI 1978 dat men zich kan afvragen of een en ander bij de burgers van Breda niet wat verwarrend overkomt en of men nog wel kan terugvinden waar het in feite om gaat en wat burgemeester en wethouders nu eigen lijk precies willen. Hebben we onszelf niet overschat ten aanzien van de aanpak van bijna alle facetten die met dit beleid te maken hebben? Is dit beleid nog wel te "behappen"? Is de uitwerking wel te coördineren? Is men zich ervan bewust dat dit beleid alle por tefeuilles raakt en dat men bij iedere stap de plannen aan dit beleid zal moeten toetsen? Besef fen wij wel voldoende dat dingen als ontwikkelings beleid, inspraaknota's en programma's voor perma nente educatie in hun doelstelling wel duidelijk zijn, doch in de praktijk zonder goede coördinatie planning en fasegewijze opbouw een bijna onhaal bare uitdaging vormen? Laten we gezamenlijk beseffen dat we ervoor moeten zorgen dat al onze idealistische denkbeel den niet verzanden in de vertaling naar de concre te situatie en in de praktische uitwerking. Zoals ik al zei is het een verdienste van het preadvies en het onderliggend rapport dat er een denkproces op gang is gebracht en dat discussie is uitgelokt, terwijl terecht wordt ingespeeld op de beleidsno ta's, sectornota's en de te verwachten facetnota's Wij geven het college het voordeel van de twijfel bij de uitvoering, waarbij we verheugd zijn over het voornemen om jaarlijks aan de raad verslag te doen van de voortgang van het project, zodat wij de ontwikkelingen kunnen volgen, kunnen bijsturen en desgewenst kunnen afremmen of stimuleren. Ik wees er al op dat de rapporten over het ontwikkelingsbeleid heel wat aandacht hebben ge kregen. Er waren zelfs twee commissievergaderingen nodig waarop een ieder zijn zegje kon doen. De toentertijd als één fractie optredende P.v.d.A. en P.P.R. heeft zó veel aandacht aan dit onderwerp besteed

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 54