16 MAART 1978.
554
ongemerkt toch weer terug naar de vergadering in
de foyer van de Stadsschouwburg in juni 1975 over
de binnenstad. Het progressieve raadslid Jan Oomen
stelde toen de V.V.D.-hoorzitting van 11 juni 1975
gehouden in het kader van het politiek café "De
Beyerd", als voorbeeld. Dit was het en zó moest
het voortaan gedaan worden! Ik kleurde tot achter
mijn oren. Bij dit ene compliment is het verder
gebleven, maar het deed je toch goed. Als ik dan
nu dit voorstel van het college bekijk, zeg ik:
"College, gij hebt goed ingehaakt." Dat geldt dus
niet alleen voor de problematiek van de Bredase
koren, maar ook voor het amateurtoneel en voor de
drumbands en majorettenkorpsenWe moeten hierbij
aantekenen dat de wethouder in de muziekschool in
tensieve contacten heeft gehad met alle geledingen
van de amateuristische kunstbeoefening.
Het bijzonder prettige van deze nieuwe subsi
dieregelingen is dat zij in samenspraak met de ver
tegenwoordigers van de diverse verenigingen tot
stand zijn gekomen. Tevens is het voor de vereni
gingen prettig te weten wat zij als subsidiebedrag
kunnen verwachten en hoe ver zij kunnen springen
bij het plannen van hun activiteiten.
Het is goed nog eens vast te stellen dat er
ten aanzien van de bevoegde krachten en de inzet
van de leden gedurende de eerste jaren enige soe
pelheid zal worden betracht. Toch vinden wij dat
de verenigingen zich van de gestelde voorwaarden
goed bewust moeten zijn, zodat inderdaad, afgezien
van de sociale functie, de kwaliteit, per vereni
ging bekeken, verantwoord zal moeten zijn en waar
mogelijk een opgaande lijn zal moeten vertonen.
Verheugend is het te constateren dat de koren
regeling alle in aanmerking komende verenigingen,
zowel koren als opera- en operetteverenigingen, om
vat. In het verleden kende men de door velen als
discriminerend ervaren regeling voor grote en klei
ne koren. Dit leidde tot een ongezonde rivaliteit
in de koorwereld.
Naar aanleiding van de voorwaarde dat er