17 APRIL 1978.
668
gezegd: er IS geen St.A.R.-adviesde St.A.R. gaat
pas donderdag aanstaande zijn advies vaststellen.
Ik vind gesprekken met de St.A.R. leuk, maar zij
vormen geen enkele basis waarop vanavond een be
sluit kan worden genomen. Bovendien zou ik de heer
Veelenturf heel graag ter lezing willen aanbevelen
de bekende nota "De St.A.R. is nog geen inspraak".
De St.A.R. stelt ook zelf vast dat er problemen
aan de inspraak vastzitten. Naar mijn mening is er
over het onderhavige plan geen hearing gehouden,
maar het kan zijn dat ik mij daarin heb vergist.
De heer VEELENTURF: Onze raad heeft nog steeds
niet de uitspraak gedaan dat de St.A.R. naar onze
mening geen inspraakorgaan zou zijn.
De heer HOUBEN: Daar heeft de heer Veelenturf
groot gelijk in. Aan de andere kant denk ik dat het
goed is kennis te nemen van de visie die de St.A.R.
op zijn eigen functioneren heeft. De nota van de
St.A.R. ligt al een klein half jaar in huis. Het
moet toch bekend zijn maar de heer Veelenturf
zit nog niet zo lang in de commissie ruimtelijke
ordening dat de St.A.R. overbelast is en zeker
wat inspraakaangelegenheden betreft niet alles kan
"behappen"
Afgezien daarvan, heeft in ieder geval de ge
meente ten aanzien van dit soort belangrijke aspec
ten ook een eigen verantwoordelijkheid. In dit ver
band wijs ik de heer Veelenturf op de inspraaknota
die indertijd door de raad is vastgesteld en waar
in heel uitdrukkelijk te lezen staat dat voor be
langrijke onderwerpen een aparte inspraakprocedure
moet worden ontwikkeld. Nu mag de heer Veelenturf
mij eens aangeven hoe zo'n procedure in dit geval
heeft plaatsgevonden.
De heer VEELENTURF: Daar heb ik geen moeite
mee, want wij hebben geen behoefte aan een andere
vorm van inspraak dan er op het ogenblik is. Tot
nogtoe zijn we erg gelukkig met de inspraakproce-