671 17 APRIL 1978. dat men andere, snellere procedures in het leven gaat roepen. Dat zegt dus niets over de stelling dat dit een slechte procedure zou zijn, te meer daar er nog maar sprake van een experiment is. De VOORZITTER: Praat u daar straks nog eens onderling over! Ik verzoek de heer Houben zijn be toog te vervolgen. Het gaat altijd nog over het gebied Beyerd/Vlaszak, niet over Nieuwegein. De heer HOUBEN: Inderdaad, de financiële gang van zaken in Nieuwegein en Spijkenisse is onbekend Aan de andere kant moet men ons niet verwijten dat wij geen voorbeelden hebben aangedragen. Het feit dat na Nieuwegein Spijkenisse volop met deze pro cedure werkt en Spijkenisse is een groeikern, die dus eveneens haast heeft wijst erop dat de methode beslist is ingeslagen en goed functioneert zij het dat men in Spijkenisse om juridische rede nen tot een lichte aanpassing is overgegaan. Dit waren mijn opmerkingen over de inspraak- problematiek. De derde groep procedurele bezwaren zou ik als volgt willen samenvatten: er is geen relatie gelegd met het woningbouwprogramma. Het zal de raad uit mededelingen van de wethouder en anderszins bekend zijn dat in juni het woningbouw programma voor de binnenstad in een raadsvergade ring aan de orde zal komen. Daaruit zou naar ons gevoel het best kunnen worden afgeleid welke wo ningbouw het best op deze plaats tot stand kan ko men. De heer Veelenturf heeft gezegd dat "de beer los is", aangezien wij zo maar in de nota durven te schrijven dat "Wilma" waarschijnlijk zelf de verdeling 50/50 heeft verzonnen. Dit is echter op de informatieve avond van de kant van één van de woningbouwverenigingen bevestigd. De situatie is trouwens nog veel schrijnender dan de heer Veelen turf denkt, maar misschien is het leuk voor de heer Veelenturf om te weten dat de vrije-sector- bouw voor "Wilma" helemaal niet interessant is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 671