711 17 APRIL 1978. reeds gesteld maar ter bevordering van de duidelijk heid zou ik ze vanavond opnieuw in het midden wil len brengen. Wellicht kunt u er als voorzitter van de raad en tevens als regerend wethouder van finan ciën iets mee doen. 1Biedt de nu gemaakte opzet voor de voorlo pige budgetverdeling en voorlopige vaststelling van de budgettaire capaciteit minder ruimte voor nieuw beleid? Ik denk hier aan nieuw beleid in de zin waarin het in "Indruk" in verband met de meerjaren begroting aan de Bredase burger is gepresenteerd: het snoeien in dor hout en het stellen van priori teiten in reële cijfers aan de hand van meerjaren begrotingen 2. Als de prioriteiten, na te zijn vastgesteld en financieel te zijn vertaald, nu eens niet tot uitvoering zouden kunnen worden gebracht, in hoe verre kan de raad dan ingrijpen om bepaalde priori teiten veilig te stellen, telkens wanneer een nieu we schijf wordt toegevoegd bij de vaststelling van de budgettaire capaciteit. Tegen de achtergrond van deze twee vragen is de C.D.A.-fractie geneigd het voorstel van het col lege te steunen. Wij hebben de indruk dat met de uiterste nauwkeurigheid en met oog voor de reali teit is geprobeerd tot een nieuwe vaststelling van capaciteit en budgetverdeling te komen, overeenkom stig de afspraak bij de behandeling van de meerja renbegroting in 1977. De heer TEN WOLDE: Onze fractie kwam enigszins in moeilijkheden, toen de volgorde van behandeling van enige agendapunten werd veranderd. Helaas moest daardoor de heer Suurmeijer verstek laten gaan. Het onderhavige voorstel geeft een duidelijk beeld van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de gemeente Breda op dit ogenblik. Wij vragen ons af of de verwachting gerechtvaardigd is dat onze gemeente in de toekomst regelmatig tot een bepaal de bijstelling zal worden gedwongen. Het cijferma teriaal zoals dat op dit ogenblik vóór ons ligt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 711