769 11 MEI 1978 ongerustheid met betrekking tot de afrekening en wat dat betreft kan ik mij dus bij de heer Martens aansluiten. De bewoners moeten, bijvoorbeeld via een stencil, duidelijk op eventuele consequenties worden gewezen. In uw voorstel staat dat u bij de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Orde ning hebt gevraagd de renteverhoging voor het on derdeel wijkverwarming van de rijksvoorschotten voor het onderhavige complex ongedaan te maken. Ik dring erop aan dat in de toekomst ook voor even tuele andere complexen te doen en hieraan de grootst mogelijke aandacht te besteden. Mevrouw KOEK-VAN MERKOM: Het onderhavige voorstel is geen prettig voorstel, want het gaat om een tariefsverhoging en de dekking van een te kort. Toch kan de V.V.D.-fractie met het voorstel instemmen omdat de hogere rentevoet ergens van be taald moet worden. Wij hopen dat het ministerie van Volkshuisvesting een andere methodiek zal gaan volgen en dat wij in het vervolg niet meer met dergelijke tamelijk forse verhogingen zullen worden geconfronteerd. Wethouder SANDBERG: De heren Martens en Pee- ters hebben gevraagd er bij het ministerie op aan te dringen dat een en ander ongedaan wordt gemaakt en dat, als dat niet meer lukt, in ieder geval voor de toekomst wordt gegarandeerd dat iets der gelijks zich niet meer kan voordoen. Aan die wens is reeds tegemoet gekomen. Ik meen dat de commis sie de brief reeds kent, maar als dat niet het ge val is zullen wij haar in ieder geval een afschrift doen toekomen. Met de informatieverschaffing aan de bewoners ben ik het volstrekt eens. Men moet gewoon de reden kennen van deze tussentijdse ver hoging en ik zal het bedrijf vragen voor een toe lichting te zorgen. Wat de veiligheid van de binneninstallatie in relatie tot de stadsverwarming betreft, bij de behandeling van dat onderwerp zal ik graag op deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 769