11 MEI 1978
788
Veelenturf, Sandberg, mevrouw Koek, de heren Taks,
Gielen, Eissens, Koertshuis, Peeters, Goos, Van
Graafeiland, Van Duijl, Van Dun, Visser, Van Assel-
donk, mevrouw Van Rooijde heren Van Banning en
De Raaff.
VOOR stemmen: mevrouw Paulussen, de heren Mar
tens, Jongeneel, Oomen, Dreef, Paquay, Hendriksen,
Crul, Welschen en mevrouw Muntjewerff.
De heer HENDRIKSEN: Een korte stemverklaring
met betrekking tot het voorstel van het college
Alles afwegende is de federatie van fracties van
P.v.d.A./P.P.R. voor het voorstel, temeer daar de
wethouder in zijn beantwoording met name naar voren
heeft gebracht dat deze aangelegenheid in de toe
komst in een experimenteel daglicht zal worden ge
steld.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
26. bijlage nr. 157:
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS SUBSI
DIE TOE TE KENNEN AAN DE VROUWENRAAD BREDA EN
DE VERENIGING VROUWENHUIS BREDA. (S)
Mevrouw PAULUSSEN: Veel mensen op de publieke
tribune hebben lang gewacht om te horen wat in de
ze raad over het onderhavige voorstel wordt gezegd.
Toen wij voorafgaande aan dit punt wat met elkaar
aan het praten waren en ik, naar boven kijkend,
de vrouwen en kinderen daar zag zitten, dacht ik
dat de steriele sfeer waarin wij hier bezig zijn
bij hen waarschijnlijk vrij onwezenlijk moet over
komen. Ik doe er zelf aan mee, maar toch heb ik
vaak het gevoel dat wij in een taal met elkaar
praten terwijl wij amper weten wat die precies in
houdt. Dit even vooraf.
De heer VAN ASSELDONK: Ik heb er helemaal geen