72 12 JANUARI 1978 punt aandacht zal geven. Laat er echter geen on duidelijkheid over bestaan dat de sociografische dienst een ondersteunende functie heeft voor de beleidsafdelingen van de gemeente. Deze dienst vormt niet het sluitstuk van de beleidsadvisering en dat is juist wat in het amendement wordt be doeld. De inhoud van amendement 35 is reeds te vin den in de voorstellen 3, 5, 17, 18 en 19 en hoeft dus niet apart te worden vermeld. Dit amendement is overbodig. Tot slot iets over amendement 36, waarvan de heer Oomen zelf al had gemerkt dat het in strijd is met ons voorstel nr. 29. Bovendien is het amen dement in strijd met de opvatting van het P.O.O. zelf. Te dien aanzien verwijs ik naar de bladzij den 31 en 33 van het preadvies. Overigens vinden wij dat een besluit wèl moet kunnen worden her zien, maar dit. amendement is overbodig. In eerste instantie zou ik het hierbij willen laten. De VOORZITTER: Dames en heren. Ik heb het ge voel dat het wel eens wijs zou kunnen zijn bij dit agendapunt tot het nemen van beslissingen over te gaan. De heer De Raaff hebt u zojuist horen zeggen dat een bepaald voorstel niet doorging. Ik consta teer dat men toch gebruik wenst te maken van de tweede termijn. We zullen dan nu eerst pauzeren. Ik schors de vergadering. PAUZE. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Ik moge u vragen de tweede termijn zó te gebruiken, dat u zo volledig mogelijk bent in uw beoordeling, ook ten aanzien van de amendementen en de motie. Op die manier kunnen wij voorkomen dat er straks bij de besluitvorming, die toch al redelijk inge wikkeld is, allerlei stemverklaringen moeten wor den afgelegd. De heer HENDRIKSEN: Als het om een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 72