11 MEI 1978
824
stadsgewest in afwachting van de totstandkoming
van de reorganisatie van het binnenlands bestuur
zo mogelijk moet gaan functioneren met een be-
stuursopzet, die zoveel mogelijk het democratisch
ideaal van een direct gekozen bestuur benadert.
Beide programma's sluiten wat dat betreft wel aan
bij het programma dat door de P.v.d.A./P.P.R. naar
voren is gebracht. Daarin staat namelijk ook dat
een afspiegeling van de bevolking in de stadsgewes
telijke raad moet kunnen plaatsvinden. Het was fei
telijk duidelijk dat de meningen in Breda over
deze aangelegenheid niet zo vreselijk verdeeld wa
ren, omdat wij in 1976 al een motie over deze kwes
tie hebben kunnen aannemen.
Wanneer wij het toch eens zijn over dit soort
zaken zal ik het maar niet te lang maken. Ik wil
deze raad een voorstel doen via een motie, inhou
dende dat wij als Bredase raad uitspreken dat wij
het betreuren dat er uitstel is opgetreden ten aan
zien van de meer wezenlijke aanpassing van de re
geling stadsgewest Breda, dat wij aandringen op een
spoedige fundamentele behandeling van de nota be
stuursstructuur van het stadsgewest, dat wij vra
gen daaruit eventueel volgende gewenste wijzigin
gen met voortvarendheid in te voeren. Die motie
zou ik u graag willen aanbieden en ik hoop dat
wij ons niet in de programma's vergissen, zodat
de motie vanuit Breda naar het stadsgewest kan wor
den gestuurd. De motie luidt als volgt:
"De gemeenteraad van Breda, in vergadering
bijeen op 11 mei 1978,
gelezen het voorstel van B. en W. omtrent de
5e wijziging van de Regeling Stadsgewest
Breda,
overwegende de eerder in deze raad aangenomen
motie (12-11-'76) om "aan de bespreking van
de nota "Stadsgewest op koers" te koppelen:
de wenselijkheid en mogelijkheid tot