11 MEI 1978 830 1. nog ruimschoots over zullen kunnen praten. 3e- De heer WELSCHEN: Ik zal nog iets zeggen, hoe wel ik feitelijk met stomheid geslagen ben. Met de le ingediende motie proberen wij de nadelige kanten, skt die het "verknopen" van twee voorstellen heeft, af 3- te zwakken. In de stadsgewestraad hebben de pro- 2 gressieve leden gezegd dat het DB van het stads- Lng gewest de twee voorstellen één over de behande- is ling van de nota bestuursstructuur en één over de du beperkte wijzigingen die de toetreding van Etten- ze Leur en Oosterhout mogelijk maakte nooit in één voorstel had mogen aanbieden, omdat daardoor een goede behandeling van de bestuursstructuur feite- og- lijk onmogelijk werd. ne De heer TAKS: Dat is een misverstand. Er is k- in de gewestraad geen sprake geweest van de behan- 2 deling van de nota bestuursstructuur. Er is niets m meer besloten dan het stuk toe te sturen aan de §n deelnemende gemeenten. Er is géén oordeel gegeven over de inhoud van de nota. n De heer WELSCHEN: In de 2e, 3e en 4e regel van bijlage 164 staat dat de stadsgewestraad zich op 31 maart 1978 heeft beziggehouden met de nota g bestuursstructuur. aan aid De heer TAKS: Dat is geen inhoudelijk oordeel a De heer WELSCHEN: Dat was nou net het pro- en- bleem. Er is wel degelijk afgesproken en dat is t is ook steeds de bedoeling geweest, dat weet de gen heer Van Banning heel goed dat wij zouden pro- ik beren de nota bestuursstructuur af te ronden tegen om het moment waarop een nieuwe stadsgewestraad moet ij worden benoemd. Dat betekent september 1978 en op een basis van dat uitgangspunt hebben wij vanaf vorig on- jaar gewerkt. Vanuit dat schema heb ik altijd ge er- zegd dat wij met z'n allen een grote inzet moeten tip leveren om het beoogde doel te bereiken. Dan heb

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 830