80
12 JANUARI 1978
tweede termijn achterwege had kunnen blijven, zal
ik nu toch het woord voeren, en wel uitsluitend om
de motie en de amendementen van P.v.d.A./P.P.R. te
behandelen. We hebben daarmee bewust gewacht tot
de tweede termijn, omdat ik vermoedde dat ik mij
zou kunnen aansluiten. Op die manier wordt voor
komen dat de raad vanavond voor de derde maal een
zelfde verhaal te horen krijgt.
Ten aanzien van alle 36 door de linkse frac
ties ingediende amendementen is het standpunt van
de V.V.D.-fractie dat wij onze steun niet kunnen
verlenen. Wij sluiten ons in alle gevallen aan
bij de argumentatie die door het college schrifte
lijk is gegeven, in het bijzonder in het stuk van
9 mei 1977 en in bijlage 5. Bovendien sluiten we
ons aan bij de opmerkingen van de heer Eissens. In
de gecombineerde commissievergadering ben ik op de
amendementen ingegaan, vanavond heeft de heer Eis
sens dat gedaan. Gezien zijn bekende zorgvuldig
heid weet ik zeker dat hij geen enkel amendement
heeft overgeslagen. Ook met de beantwoording van
het college ten aanzien van de amendementen zijn
wij het volkomen eens.
De motie van de heer Hendriksen kan de V.V.D.-
fractie evenmin steunen, en wel op grond van de
volgende argumenten. Met het eerste deel van het
verzoek van de motie zijn we het inhoudelijk wel
eens. Wij vinden echter dat dit een te grote van
zelfsprekendheid is en dat kan worden volstaan met
de zojuist in eerste termijn vanwege het college
gedane mondelinge toezegging. Naar onze mening is
het onnodig en overbodig hier een motie over in te
dienen. Met het tweede deel van het verzoek zijn
we het volkomen oneens, omdat daarin een datum
wordt genoemd die, gezien het vele werk dat naar
wij vermoeden zal moeten worden verricht er zal
overleg moeten worden gepleegd met allerlei groe
peringen, adviesraden en instellingen van het par
ticulier initiatief als volstrekt onhaalbaar
kan worden aangemerkt.