12 JANUARI 1978 81 Wethouder DE RAAFF: Ik geloof dat ik alleen nog hoef in te gaan op de opmerkingen van de heer Hendriksen. Zijn versterkende woorden dat ik er wel zal komen als ik maar volhoud, hebben mij goed gedaan. Hij heeft gevraagd wat voor mij ontwikkelings beleid betekent: of ik het als een instrument sec beschouw of dat er ook voor mij iets politieks achter zit. Welnu, wat wij onder ontwikkelingsbe leid verstaan en dus ook wat ik daaronder ver sta is te vinden in punt 1 van het concept-be sluit. Daar staat allereerst: "Een ontwikkelings beleid is noodzakelijk." Dit betekent dat wij de wil hebben om een ontwikkelingsbeleid te voeren. Om zo'n beleid goed te kunnen voeren zijn instru menten nodig, in de vorm van planning, coördina tie enz. Wij doen voorstellen om die instrumenten meer gestalte te geven. Al met al is het duidelijk dat het college inclusief mijzelf een ont wikkelingsbeleid wenselijk acht om de ontwikkelin gen in de samenleving nauwlettend te kunnen volgen en erop te kunnen inspelen door eventueel verande ringen aan te brengen. In welke richting de concre te veranderingen zullen gaan, zal telkens een kwestie van politieke afweging en politieke stand punten zijn, waarover we uiteraard van mening kun nen verschillen. In ieder geval geven wij duide lijk te kennen een ontwikkelingsbeleid noodzake lijk te achten en van plan te zijn middelen om zo'n beleid te voeren te creëren of te verbeteren. Dit heeft in mijn ogen een positieve en ook wel politieke "insteek". Op welke wijze, zo heeft de heer Hendriksen gevraagd, wordt de aandacht voor achterstandsitua ties in dit preadvies concreet uitgewerkt? Wij stellen de raad onder punt 3 voor te dien aanzien expliciet een algemene intentieverklaring uit te spreken. In alle voorkomende gevallen zal met die algemeen geldende intentieverklaring rekening moe ten worden gehouden. Dit betekent niet dat in alle andere voorstellen telkens een zinnetje moet worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 81