916
22 JUNI 1978
over één van de ambtenaren willen spreken.
Wethouder VAN DUN: Ik ook niet!
De heer CRUL: Het gaat om het volgende. Tij
dens de discussie over de renovatie is de vraag aan
de orde geweest wat je met de risicoreserve kunt
doen. Wij hebben toen van onze kant betoogd dat
die reserve geheel zou moeten worden opgebruikt
omdat het dan mogelijk zou worden "aan te kloppen",
maar u hebt steeds gezegd dat dat helemaal fout
zou zijn. Bijna ongevraagd werd ons echter later
te verstaan gegeven dat die informatie volkomen
anders was dan zij in de raad was verstrekt. Ik
weet niet of u nog communicatie met die ambtenaar
hebt gehad, maar hij heeft ons toegezegd dat dat
zou gebeuren.
Wethouder VAN DUN: Voor mij is het altijd wat
moeilijk met imaginaire ambtenaren te communiceren:
daarvoor zijn de mensen meestal lijfelijk aanwezig.
Overigens ben ik blij dat de heer Crul dit misver
stand heeft rechtgezet; ik wil even doorgaan op het
onderwerp dat hij aan de orde heeft gesteld. Tij
dens de besprekingen over het inzetten van de risi
coreserve in het kader van de renovatiecomplexen
is een bepaalde mogelijkheid ter tafel geweest.
Het college heeft doelbewust een policy gekozen
die neerkomt op het tegenovergestelde van wat
P.v.d.A. en P.P.R. bepleitten. P.v.d.A. en P.P.R.
stonden op het standpunt men vergeve mij de
zwart-wit-stelling "leegmaken die troep ter wil
le van de bewoners", terwijl wij een behoudender
beleid wilden voeren, uitgaande van de gedachte
dat het college ook over vijf jaar hoe het dan
ook is samengesteld aan zijn verplichtingen zal
moeten kunnen voldoen. Dat is een dualiteit ge
weest. Ik kan mij best voorstellen dat een ambte
naar een zó groot engagement met de problematiek
heeft, dat -hij daar anders over denkt, maar de heer
Crul wekte althans zeker bij mij de indruk